Een marketingles vanaf het strand

Leestijd: 2 minuten

Ondanks dat ik er vaak over schrijf, heb ik hopelijk nooit de suggestie gewekt dat marketing een ingewikkelde zaak is. Het is vooral boerenslimheid. Dat heb ik afgelopen maand weer ervaren.

Ik zat in Brazilië, een beetje om te werken, een beetje om te relaxen. Dat laatste voerde me regelmatig naar het strand. En daar word je een tiental keer per uur benaderd door mensen die iets willen verkopen, ijs, houten boten, beeldjes, nootjes of kleding.

Grappig waren de verkoopstrategieën: die vormden een soort marketing-microkosmos.

De meest voorkomende was de kikkervisjesstrategie: zorg dat je veel opties hebt – kikkers krijgen bijzonder veel jongen – dan komt er heus wel één tot bloei. Hij is makkelijk: loop simpelweg langs een hoop mensen. De meeste mensen negeren je, maar soms heb je beet.

Grofweg een metafoor voor massamedia. Je hoeft je niet in de mensen te verdiepen, je hoeft alleen te weten waar ze zijn.

Een alternatief was die van de hyena: drijf iemand in een hoek en put hem uit. Een verkoper komt voor je staan, drukt je iets in je handen en wacht net zo lang totdat je hard van je hebt afgebeten. Voor mij een variant van telemarketing of pop-ups.

De laatste strategie maakte me blij: die van de olifant – een olifant heeft maar één jong en steekt hier dus al zijn energie in.

Naast mij stelde een verkoper zich beleefd voor aan een echtpaar. Hij vroeg of hij mocht laten zien hoe hij schilderde. Vervolgens was hij een kwartier lang Bob Ross, de TV-schilder. Hij maakte met inspirerende handigheid een afbeelding en was volledig geconcentreerd op zijn werk en zijn publiek. Hij keek niet naar andere mogelijke kopers en haastte zich niet. En hij wekte niet de suggestie dat ze iets moesten kopen, waardoor de mensen zich op hun gemak voelden.

In de vier weken die ik daar kwam, heb ik weinig mensen iets zien kopen. Dus ik hield mijn adem in, omdat ik vurig hoopte dat deze strategie succesvoller was. Want het symboliseerde de wijze waarop ik naar marketing kijk.

Het echtpaar kocht het schilderij, plus drie andere uit de collectie en praatte nog over de ervaring toen de schilder al weg was.

Het moraal is uiteraard simpel: zorg dat je iets te bieden hebt, wees niet opdringerig en steek tijd in je klant. Natuurlijk een cliché. Maar, zoals ik al begon, marketing is niet zo ingewikkeld. De uitdaging is vooral dit consequent te doen, ook als bijvoorbeeld een recessie de druk opvoert. Want in Brazilië is het altijd recessie. En daar werkt het ook.

‘Echt’ interactieve marketing

Leestijd: < 1 minuut

Een interessante blog-post over ‘echt interactieve marketing’.

    The next wave of innovation will almost certainly happen as “the internet leaves the internet” (…) Mobile devices will play a key role in facilitating this innovation (…) My takeaway is these trends are likely to dramatically alter where, how, what and to whom we market products and services in the near future – and, most importantly, why we do it.

En op zich is dat geen revolutionair nieuws. Wat vooral interessant is, is dat – mede door de iPhone apps – deze ’toekomstvisie’ erg dichtbij is gekomen.

Lees het artikel

Bron: MassivelyNetworked

Meer dan 80 artikelen over ‘goede marketing’

Leestijd: < 1 minuut

Onder het motto ‘verkoop je waarden, niet je merk’ heeft Mobile Youth een lange lijst met interessante artikelen over ‘goede marketing’. Snel tel ik er 80 (!)

De moeite waard voor een regenachtige zondagmiddag.

Met titels als:

Veel leesplezier!

Vaag werkt ook

Leestijd: < 1 minuut

Gek werkt, daar schreef ik vorige week over. In het verlengde daarvan: vaag werkt ook. Dat bericht komt van de Universiteit van Illinois.

Consumenten staan door verwarrende merkboodschappen meer open voor nieuwe informatie. Als in de verwarrende berichtgeving dan informatie zit waar ze daadwerkelijk op zitten te wachten, waarderen zij het merk meer.

Deze nieuwe inzichten komen van pas bij herpositioneringen. Denk aan McDonald’s dat ‘opeens’ met gezondere voeding komt.

Belangrijk is wel dat mensen een bepaalde betrokkenheid bij het merk voelen. Ze moeten dus geïntrigeerd worden door de plotselinge verandering van ‘hun’ merk.

Bron: EURIB