Beck is een inspirerende artiest. Allereerst omdat hij muziek vernieuwt. Op ieder album raakt hij weer een nieuwe snaar.
Maar ook omdat hij experimenteert met de wijzes waarop hij deze muziek maakt. Een tijdje geleden introduceerde hij bijvoorbeeld de Record Club. Kortgezegd ’24 uur met Beck’.
Hij sloot zich 24 uur op in een studio met een aantal bevriende muzikanten, talenten als Jamie Lidell, Feist en Thurston Moore. Gedurende die dag speelden ze een bekend album helemaal opnieuw in. Onvoorbereid en spontaan.
Het proces werd op film vastgelegd en had altijd een verfrissend resultaat. Een mooi voorbeeld is Need You Tonight van INXS.
Voor zijn nieuwe album Wolf On the Hill doet Beck ook iets interessants. Hij brengt de muziek alleen uit op ouderwetse wijze: als bladmuziek in een mooie vormgegeven boek. Meer niet.
Iedereen is vervolgens vrij om z’n eigen interpretatie aan de compositie te geven. Beck speelt de muziek dus niet voor.
Binnenkort duiken er dus Youtube-filmpjes, Garagebandcomposities en optredens van amateurbandjes op die elk een eigen, originele versie introduceren. Niemand heeft gelijk en elke versie is ‘zoals het was bedoeld’. En van al deze versies bij elkaar wordt ongetwijfeld ook een aantal mooie mixen gemaakt.
Pas tijdens zijn nieuwe concertoer laat Beck horen hoe hij de composities zelf uitvoert.
Zo geeft Beck weer een mooi voorbeeld van ‘muzikale crowdsourcing’. En hij introduceert een ‘nieuwe manier’ waarop muziek kan worden gedeeld, gepromoot en worden gemaakt.
Wordt vervolgd…
Bron: Forbes, via Koert Bakker.